Gewassen hebben water nodig om te groeien en succesvolle oogsten te produceren. Weloverwogen gebruik van de beschikbare watervoorraden wordt steeds belangrijker, vooral voor landbouwers die hooggewaardeerde gewassen telen. In tijden van waterschaarste kan gezuiverd afvalwater van huishoudelijk gebruik en voedselbedrijven een goed alternatief bieden. Hergebruik van gezuiverd afvalwater kan worden beschouwd als een betrouwbare waterbron, relatief onafhankelijk van seizoensgebonden droogtes en weersvariaties, en dus mogelijk beschikbaar om pieken in de vraag naar water op te vangen. Maar hoe kunnen we de verbinding tussen vraag en aanbod organiseren en waar moeten we rekening mee houden?
Binnen het project hebben we een specifiek platform ontwikkeld om vraag en aanbod bij elkaar te brengen en te lokaliseren. Via dit online platform 'WaterRadar' kunnen we het aanbod van alternatieve waterbronnen niet alleen in kaart brengen, maar ook koppelen aan de regionale vraag voor water en zo beiden op elkaar aan te sluiten.
.
Er zijn twee soorten afvalwater: gemeentelijk afvalwater en industrieel afvalwater. Het platform geeft informatie over de locatie, contactgegevens, de minimale dagelijkse hoeveelheid beschikbaar water. Je kan er eveneens informatie terugvinden i.v.m. chlorideconcentraties en een indicatie van het zoutgehalte.
Waterleveranciers kunnen bekijken welk type landbouw en mogelijk te irrigeren velden zich rond hun faciliteit bevinden. Landbouwers kunnen zelf op zoek gaan naar een geschikte watervoorziening in de buurt van hun akkers.
Het platform geeft eveneens automatisch een indicatieve irrigatiebehoefte voor het hele seizoen, rekening houdend met de perceelsgrootte en het gewas, en vermeldt eveneens potentiële waterleveranciers in de opgegeven zoekradius rondom het perceel.
Slim watergebruik is noodzakelijk om langdurige droge periodes te overbruggen en te bestrijden. Aanvullende irrigatie voegt kleine hoeveelheden water toe om regenval tijdens deze droge periodes te 'vervangen'. Dit voorkomt droogtestress en garandeert gewasopbrengsten, maar tijdige toediening is hierbij wel cruciaal. Als het gebruik van oppervlakte- en grondwater voor irrigatie verboden is, kan afvalwater van gemeentelijke zuiveringsinstallaties of voedselverwerkende bedrijven een alternatief bieden.
Naast de beschikbaarheid van water is ook de waterkwaliteit een serieuze uitdaging. Gemeentelijk afvalwater kan namelijk hoge bacteriële concentraties bevatten. Industrieel afvalwater van voedselverwerkende bedrijven kan dan weer hogere zoutconcentraties bevatten dan normaal, wat betekent dat er voldoende zoetwater gemengd moet worden. Bladgroenten zijn bijvoorbeeld vaak gevoeliger voor licht zout water dan knol- en koolgewassen.
Om de impact op de opbrengst en kwaliteit van bloemkool, spinazie en vroege aardappel vast te stellen worden irrigatieproeven uitgevoerd met verschillende soorten gezuiverd afvalwater. De proeven worden uitgevoerd op experimentele velden die nauw opgevolgd en gecontroleerd worden. Daarnaast onderzoeken we ook de langetermijneffecten van afvalwater op de bodemkwaliteit. Het aantal irrigatiemomenten wordt gecontroleerd op de velden. We combineren bodemvochtsensoren, satellietbeelden van de Copernicus Sentinel-2 satellieten, weersinformatie en gewasgroeimodellering om aanvullende irrigatiebehoeften te kwantificeren en de productiviteit te optimaliseren. Momenteel lopen er intensieve campagnes met veldmetingen om het teeltmodel voor vroege aardappel-, spinazie- en bloemkoolvelden te kalibreren.
Landbouwers kunnen ook op zoek naar alternatieve waterbronnen in de buurt van hun percelen met behulp van een speciaal dashboard in de WatchITgrow® applicatie. Gewasgroei en -ontwikkeling worden hier opgevolgd met behulp van satellietgegevens van de Copernicus satellieten. Op basis van gewasmonitoring, temperatuur en neerslaginformatie kunnen boeren dan weer besluiten om aanvullende irrigatie toe te passen om de vochttoestand van hun perceel te verbeteren.
Meer informatie over het project en het platform kan u vinden op waterradar.be.
Bekijk ook zeker even onderstaande video!
Het VLAIO LA-project ‘Irrigatie 2.0: Wanneer, waar, welk water?’ startte op 1 oktober 2018 en kent een totale duurtijd van 4 jaar. Inagro coördineert het project en kan rekenen op de medewerking van het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) en de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO).
Het onderzoek wordt gefinancierd door het Agentschap Innoveren en Ondernemen en diverse co-financiers.